Art Deco Brussels 2025
In 2025 eert Brussel de art deco met een kleurrijk programma uitgewerkt door Urban en visit.brussels, in samenwerking met Patrimoine & Culture vzw en hun talrijke partners.
Het ganse jaar door belicht Urban thema's die betrekking hebben tot deze art deco-programmatie.
Deze tweede focus is gewijd aan de glaskunst, in aanloop naar de opening in Brussel van maar liefst drie tentoonstellingen over dit unieke doch kwetsbare materiaal.
Van de sinueuse art nouveau tot de geometrie van de art deco
Met de Eerste Wereldoorlog kwam er een einde aan de art nouveau, de stijl die in 1893 gepionierd werd door Victor Horta en daarna veel navolging kende, in binnen- en buitenland.
Door de oorlog was er zowel veel materiële schade, alsook een tekort aan grondstoffen en werkkrachten. Arbeidsintensieve bouwstijlen, met veel details en een hoge graad van complexiteit, zo typisch voor de art nouveau, waren niet meer in overeenstemming te brengen met de economische realiteit.
Bovendien was er een stilistische versobering opgetreden, gebaseerd op strakkere geometrische motieven en een rechte lijnvoering. Een eerste aanzet was te zien op de wereldtentoonstelling van Parijs in 1900, waarbij vooral de Duitstalige landen en kunstenaars opvielen door hun gedurfde strakke lijnvoering. Dit zou nog verder uitgewerkt worden in de wereldtentoonstelling van Turijn in 1902, officieel de "Prima Esposizione Internazionale d’Arte Decorativa Moderna". De kiem van de art deco werd dus al veel vroeger dan 1925 gelegd!
Na de bouwwoede aan het eind van de 19de eeuw en begin van de 20ste eeuw, daalde de snelheid van de Brusselse stadsontwikkeling. Vooral in de zogenaamde tweede kroon werden nog privéwoningen gebouwd, maar ook steeds meer appartementsgebouwen. Veel van deze gebouwen bevatten glas-in-loodramen, niet alleen in de voorgevel maar meestal doorheen heel het huis.
Glasramenateliers
Tijdens het interbellum waren tientallen glasramenateliers actief in Brussel. De twee bekendste zijn die van Frans David Ferdinand Crickx en Florent-Prosper Colpaert, beide gevestigd in prachtige gebouwen in art deco-stijl, die ondertussen allebei geklasseerd zijn als monument. Het is niet verwonderlijk dat deze ateliers zich vestigden in wijken waar er nog volop gebouwd werd: Crickx in de Ferdinand Lenoirstraat 96 in Jette en Colpaert in de Monrosestraat 33-35 in Schaarbeek. Op die manier konden potentiële klanten snel bij een atelier terecht.
→ Ontdek deze ateliers dankzij de inventaris van het bouwkundig erfgoed:
Publieke gebouwen
Inzake publieke gebouwen is het monumentale glasraam van Crickx uit 1938-1939 aanwezig in de school van Het Rad in Anderlecht een absolute must-see. Het raam beeldt spelende kinderen uit. Het toont goed aan hoe de iconografie van de glasramen in overeenstemming wordt gebracht met de architectuur waarin het zich bevindt. Dit was vaak het geval voor monumentale glasramen onder invloed van de architect, maar minder het geval voor privéwoningen.
Privé-eigenaren kozen vaak hun glasramen zelf uit op basis van commerciële catalogi die beschikbaar waren voor het brede publiek. Hierdoor kon de eigenaar, en vaak de vrouw, kiezen welk ontwerp er in welke kamer te vinden was.
Ook opvallend is dat Crickx hier opnieuw het technisch proces van brandschilderen gebruikt, een techniek die tijdens de art nouveau minder frequent werd toegepast door de opkomst van allerlei speciale glassoorten, in het bijzonder het Amerikaans glas. Hierdoor sluit het opnieuw sterker aan bij de negentiende-eeuwse traditie.
→ Ontdek de school van Het Rad in foto's op Media Urban
Privéwoningen
In privéwoningen, zoals de privéwoning en het atelier van Colpaert in Schaarbeek, is het merendeel van de glasramen decoratief en geometrisch geïnspireerd. De avant-garde architecten streven naar lichte en minimalistische interieurs. Vaak worden repetitieve geometrische patronen zoals driehoeken en cirkels gekozen als compositie voor glasramen. Amerikaans glas blijft populair en dankzij de goedkopere productiekost wordt het mogelijk om gehele voordeuren in smeedijzer, van dat intens gekleurd glas te voorzien. Naast Amerikaans glas is ook kathedraalglas nog steeds populair. Dit type glas was niet transparant en zorgde voor de nodige privacy van de bewoners.
Winkels en cafés
Brussel heeft ook een hele resem prachtige art deco-winkelpuien. Denk maar aan "L’Étoile verte", in de Blaesstraat 38 of de prachtig bewaarde vegetale glasramen in het interieur van de "Taverne l’Espérance". Het glas zorgt niet alleen voor een eye-catcher, maar ook voor een besloten en intiem gevoel binnen.
Programma Art Deco Brussels 2025
Het programma Art Deco Brussels 2025 biedt de kans om meer te weten over de vormen en materialen die kenmerkend zijn voor deze stroming, en in het bijzonder over de manier waarop het glas bewerkt wordt, aan de hand van drie tentoonstellingen die in de lente openen.
TENTOONSTELLING • “Glasramen 1925-2025. Gekruiste blikken”
Van 4 april tot 18 oktober 2025 opent de Fondation pour le vitrail Pierre et Marcelle Majerus Nizet de deuren van haar atelier met een expo die hoogwaardige art deco-glasramen, waarvan sommigen nooit eerder tentoongesteld, in dialoog laat treden met creaties van 1945 tot nu. Op het programma staan rondleidingen en workshops glassnijden.
TENTOONSTELLING • "Opalescents" in het Centre Albert Marinus
Deze expo opent op 18 april 2025 in het Centre Albert Marinus te Sint-Lambrechts-Woluwe en laat de bezoeker kennis maken met de wondere wereld van het opaalglas. Zo’n 200 creaties uit de art deco-periode tonen dit specifieke glas met zijn licht melkachtige, delicaat blauwachtige uitzicht. De geselecteerde werken komen uit de privéverzameling van Philippe Decelle, en zijn getekend door de meest prestigieuze Franse glazeniers, zoals René Lalique, maar ook door kunstenaars uit België, Engeland en Bohemen. Bij de expo verschijnt een gespecialiseerd naslagwerk.
TENTOONSTELLING • "Arts Déco ‘Golden Age’"
Van 5 mei tot 28 september 2025 kan je je in Foundation Madeleine 7, achter deze prachtige winkelpui met geometrische glasramen ontworpen door architect Léon Sneyers, onderdompelen in de gouden tijden van de Cristalleries du Val Saint Lambert. In deze periode, die samenvalt met het interbellum, werden stukken van uitzonderlijke kwaliteit vervaardigd, van servies tot decoratieve voorwerpen, verlichtingsarmaturen en vazen. Bij de tentoonstelling, met werk van onder meer Joseph Simon, Modeste Denoël en Philippe Wolfers, verschijnt een publicatie.